Vergoeding bij vertraging en annulatie van vluchten
Het arrest van het Hof van Justitie van 27 juni 2018 opent misschien het perspectief vergoeding te bekomen bij vertraging van de vlucht met 2 uur.Het arrest van het Hof van Justitie van 21.12.2021 zelfs tot 1 uur!
1. Het arrest van het Hvj 27.6.2018 ( nr C-130/18, Flightright GmmH/Eurowings GmbH, curia.europa.eu ) biedt de mogelijkheid van vergoeding wanneer de passagiers ( na annulatie ) 2 uur later aankomen dan voorzien.
Art.5 van de Passagiersverordening sluit de mogelijkheid van vergoeding ( compensatie ) uit, wanneer de annulatie meer dan 14 dagen voordien heeft plaats gehad, of bij annulatie tussen 2 en 1 weekeen vervanging aangeboden wordt die niet meer dan 2 uur vroeger vertrekt en minder dan een kwartuur later dan voorzien aankomt, en wanneer tijdens de laatste week het vliegtuig ten vroegste 1 uur voordien vertrekt en minder dan 2 uur ( dan voorziene uur ) aankomt.
Hierop besliste het Hof dat de passagiers al recht hebben op vergoeding bij aanulatie na een tijdverlies van meer dan 2 uur.
Op basis van het Sturgeonarrest .(Hvj Sturgeon 19.11.2009, nr C-402/07 ) ( dat de gelijkheid oplegde bij annulatie en gewone vertraging ) zou dit de mogelijkheid openen om vergoeding te vragen bij vertraging van minstens 2 uur.( 3 uur vertraging stond intussen al vast ). Passagiers kunnen beroep doen op gespecialiseerde tussenpersonen of via de Europese "smallclaimsprocedure".
Voor de consument reiziger is de Rechtbank van aankomst of vertrek bevoegd zowel op basis van de Passagiersverordening (HvJ 9.7.2009, nr C-204/08) als op basis van het Verdrag van Montreal.
Het recht van dat land is dan van toepassing ( HvJ 7 maart 2018, nr 274/16 en C-448/16 ).
2. Het arrest van het HvJ 21.12.2021 ( C-146/20, Azurair/Eurowings, curia.europa.eu // ECLI:EU:C:2021:1038) wordt het zelfs teruggebracht tot 1 uur.
3. De rechten van een benadeelde passagier kunnen worden overgedragen; anderzijds kunnen de taxi-uitgaven ( om een verbinding te halen ) niet teruggevorderd worden.(HvB Brussel, 24.6.2021, RW 2024-25, nr. 2, p.69)